Het lijkt erop dat je een verouderde browser gebruikt waarin sommige onderdelen van Clubbase niet goed functioneren. We raden je aan om een andere browser te gebruiken.

Hoe voorkom ik ongewenst gedrag?

Door NOC*NSF

Wat kan ik als club doen om seksueel grensoverschrijdend gedrag te voorkomen? Als sportclub kun je verschillende maatregelen nemen om de kans op seksueel grensoverschrijdend gedrag op de club te verkleinen of te voorkomen, onder meer via onderstaand stappenplan. Kijk ook hier voor meer informatie.

Stap 1. Zet het onderwerp op de agenda en maak het bespreekbaar

Seksueel grensoverschrijdend gedrag kan ook in jouw sportvereniging plaatsvinden. Als bestuur heb je de taak om de kans hierop zo klein mogelijk te maken. Maak het daarom bespreekbaar en zet het op de agenda, bijvoorbeeld door het aan de orde te stellen tijdens de AV of in de reguliere communicatie. Betrek leden, vrijwilligers en bestuursleden hier actief bij.

Stap 2. Maak een risicoanalyse

Kijk wie wanneer en waar in de gelegenheid is grensoverschrijdend gedrag te vertonen en wie wanneer en waar kwetsbaar is voor seksueel misbruik.

Onderzoek wijst uit dat minderjarigen of mensen met een verstandelijke beperking vaker slachtoffer zijn van seksuele intimidatie. Dit komt door de onderlinge machtsverhouding. Vaak zijn dat trainers van jeugdelftallen, maar het kan ook gaan om iemand die de grasmat onderhoudt, een verzorger of masseur. Zijn er veel afgesloten of afgelegen ruimten? Hoe is de accommodatie ingericht? Slapen vrijwilligers wel eens samen met minderjarigen in één ruimte? Neem ook dit mee in de risicoanalyse.

Het is belangrijk dat het uitvoeren van een risicoanalyse éérst wordt besproken binnen de sportclub. Betrek leden bij het oplossingen van geconstateerde risicofactoren.

Stap 3. Stel een Vertrouwenscontactpersoon (VCP) aan

De vertrouwens(contact)persoon (VCP) is binnen de sportclub het eerste aanspreekpunt voor iedereen die te maken heeft met seksuele intimidatie of ander ongewenst gedrag. De VCP is er voor sporters, ouders van sporters, toeschouwers, kaderleden, vrijwilligers, bestuur, etc. Deze persoon biedt binnen de club een luisterend oor, geeft raad en verwijst door naar geschikte hulp. De VCP is op de hoogte van de mogelijkheden die er zijn om hulp te krijgen. Veel verenigingen en alle - bij NOC*NSF aangesloten – sportbonden hebben zo’n vertrouwenscontactpersoon aangesteld. Ze wijzen de weg bij vragen en kunnen actief meedenken over preventieve maatregelen.

Binnen de vereniging heeft de VCP een neutrale positie. De VCP wordt geacht te handelen volgens een vast protocol. Het is niet de bedoeling dat de VCP het probleem van de melder overneemt, inhoudelijk begeleidt of zelf onderzoek doet. De VCP maakt wel melding van een probleem of incident bij het bestuur. Dit gaat via een rapportage-systeem waarbij de gegevens geanonimiseerd zijn en dus niet door andere partijen zijn terug te leiden tot een persoon. Alle informatie die de VCP ontvangt, wordt vertrouwelijk en zoveel mogelijk anoniem behandeld.

Profiel en selectie
Een goede vertrouwens(contact)persoon:

  • is sociaal, toegankelijk, oprecht en gezaghebbend;
  • geniet vertrouwen van de bij de vereniging of bond betrokken medewerkers en leden;
  • heeft levenservaring, is integer en heeft een evenwichtige persoonlijkheid;
  • is een persoon die zich neutraal en onafhankelijk op kan stellen;
  • heeft affiniteit met een sociaal veilige sportomgeving en wil daaraan een bijdrage leveren.

Sportclubs kunnen zelf een VCP aanstellen, maar het kan ook gebeuren op initiatief van een ‘externe’ betrokkene, zoals een ouder, de bond of de gemeente.

Stap 4: Stel gedragsregels in voor begeleiders in de sport

In de sport is de relatie tussen de trainer en de sporter erg belangrijk. Daarom heeft de georganiseerde sport gedragsregels vastgesteld, gericht op trainers, coaches, kaderleden etc. De gedragsregels maken deel uit van het Tuchtreglement van de sportbond. Ze geven aan waar de grenzen liggen in het contact tussen begeleider en sporter. De regels op een rij:

  1. De begeleider zorgt voor een veilige omgeving en sfeer.
  2. De begeleider tast de sporter niet in zijn waardigheid aan dringt niet verder in het privé-leven van de sporter door dan nodig.
  3. De begeleider onthoudt zich van elke vorm van (machts)misbruik of seksuele Intimidatie tegenover de sporter.
  4. Seksuele handelingen en seksuele relaties tussen de begeleider en de jeugdige sporter tot zestien jaar zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik.
  5. De begeleider mag de sporter niet zodanig aanraken dat de sporter en/of de begeleider dit ervaart als seksueel of erotisch van aard.
  6. De begeleider onthoudt zich van (verbale) seksueel getinte intimiteiten.
  7. De begeleider zal tijdens training(sstages), wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de sporter.
  8. De begeleider heeft de plicht de sporter te beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van seksuele Intimidatie.
  9. De begeleider zal de sporter geen (im)materiële vergoedingen geven met de bedoeling tegenprestaties te vragen. Ook de begeleider aanvaardt geen extra financiële beloning of geschenken van de sporter anders dan vooraf is afgesproken.
  10. De begeleider ziet erop toe dat deze regels worden nageleefd door iedereen die bij de sporter is betrokken.
  11. In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de verantwoordelijkheid van de begeleider in de geest hiervan te handelen.

Stap 5: Bepaal hoe om te gaan met aanstellingen van vrijwilligers

Het is raadzaam om nieuwe vrijwilligers te screenen. Het is bekend dat plegers van seksueel grensoverschrijdend gedrag situaties opzoeken waarin makkelijk contact gelegd kan worden met minderjarigen. Daarbij maken ze vaak gebruik van de welwillendheid en het vertrouwen binnen een sportvereniging. Je kunt mensen screenen door middel van:

  • een kennismakingsgesprek
  • het checken van referenties
  • het laten aanvragen van een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG)
  • het laten ondertekenen van gedragsregels
  • het checken van de naam bij het Register van veroordeelden inzake seksuele intimidatie

Stap 6. Stel omgangsregels op met je leden

Binnen sportverenigingen heb je te maken met intimiteit. Bij veel activiteiten is er sprake van lichamelijk contact. Stel daarom omgangsregels op, maak deze bekend en draag deze actief uit.

Enkele voorbeelden van omgangsregels:

  1. ik accepteer en respecteer de ander zoals hij is en discrimineer niet. Iedereen telt mee binnen de sportclub.
  2. ik houd rekening met de grenzen die de ander aangeeft.
  3. ik val de ander niet lastig.
  4. ik maak op geen enkele wijze misbruik van mijn machtspositie.
  5. ik kom niet ongewenst te dichtbij en raak de ander niet tegen zijn of haar wil aan.
  6. als iemand mij hindert of lastig valt dan vraag ik hem/haar hiermee te stoppen. Als dat niet helpt, vraag ik een ander om hulp.
  7. ik help anderen om zich ook aan deze afspraken te houden en spreek degene die zich daar niet aan houdt erop aan en meldt dit zo nodig bij het bestuur.

Stap 7. Informeer betrokkenen over het beleid

Informeer iedereen die betrokken is bij je sportvereniging over het beleid omtrent seksueel grensoverschrijdend gedrag en de preventie daarvan. Zorg dat het voltallige kader de gemaakte afspraken kent. Stel ook leden en ouders op de hoogte. Betrek ze waar mogelijk in de besluitvorming en zorg uiteindelijk voor heldere voorlichting over de noodzaak van preventief beleid.

Gerelateerd

Heb je een vraag?

Heb je een vraag?

Neem contact op met NOC*NSF Sport Support via: