Taekwondo Academy Almere werd in 2015 opgericht als doorstart van een bestaande club. Samen met enkele jongvolwassen sporters maakte Van Assum de doorstart, vooral met het oog op enkele talentvolle topsporters, die lid van de club waren. “Toen dacht ik nog: die topsport gaan we voorrang geven, de breedtesport doen we er wel even bij. Daar kijk ik inmiddels wel heel anders tegenaan!”
Van Assum ging de samenwerking aan met een buurtsportcoach, wat heel goed werkt om voor jongeren de kloof tussen ongeorganiseerde en georganiseerde sport te verkleinen. Vanuit die betrokkenheid was hij ook vanaf het begin bij de bijeenkomsten in het kader van het lokale Sportakkoord aanwezig. Als één van de weinige clubbestuurders, geeft hij aan. “Dat is wel jammer, want ik denk dat het allemaal nog net iets sneller zou gaan, als wat meer clubs meteen betrokken zouden zijn.”
Gezamenlijk pleintjesaanbod
Taekwondo Academy Almere wil graag meer jeugd kennis laten maken met de sport en is om die reden ook bezig met de uitbreiding binnen diverse Almeerse wijken. “We willen ons sportaanbod graag breder bekendmaken, en we hadden een prachtplan bedacht hoe we dat binnen de kaders van het lokale Sportakkoord nóg beter zouden kunnen doen. Namelijk door alle lokale aanbieders van georganiseerde sport ook op de pleintjes in de wijken een gecombineerd aanbod te laten organiseren, een soort ‘omnisportaanbod’ voor de jeugd, zodat ze kennis kunnen maken en dan eventueel doorstromen.”
Afhaken voorkomen
Volgens Van Assum is de stap van ongeorganiseerde sportinitiatieven (“daar is een veldje, pak maar een bal”) naar de georganiseerde sport in de stad nog veel te groot, waardoor doorstroom stagneert en vooral jongeren afhaken. Door het samen aanbieden van ongeorganiseerde activiteiten kun je ervoor zorgen dat jongeren, die het niet leuk meer vinden weer terugkeren naar het pleintje in plaats van afhaken en achter de playstation landen.
Morgen beginnen
De plannen zijn gepresenteerd, de club wacht nu op vervolgacties van de sportformateur. “En zoals gezegd, dat is nog wat complex. Er zijn veel ambtenaren op de bijeenkomsten, die vaststellen dat er meer met elkaar gesproken moet worden. Maar wij hebben het gevoel dat we vooral meer moeten gaan dóen. Als het aan ons ligt, dan kunnen we bij wijze van spreken morgen starten!”