“Iedereen moet plezier in sport kunnen beleven”, stelde minister voor Sport Bruno Bruins tijdens het moment van ondertekening. “Ongehinderd door leeftijd, lichamelijke/geestelijke gesteldheid of sociale positie. Dat zou vanzelfsprekend moeten zijn. Daarom investeren we de komende jaren in onze sportaccommodaties, in het versterken van de sport- en beweegaanbieders en in de motorische vaardigheden van onze jeugd. Ik ben blij dat alle partijen samen de schouders eronder zetten, want samen kunnen we onze ambities de komende jaren realiseren.”
Maatregelen
Samenwerking, dat is het sleutelwoord van dit akkoord. Samenwerking tussen partijen die een rol kunnen spelen in het faciliteren van sport. Bovendien moet een aantal heldere maatregelen de samenwerking bevorderen en sportaanbieders zoals sportverenigingen voldoende mogelijkheden bieden sport voor velen mogelijk te maken. Vandaar dat onder andere gestreefd wordt naar ruim 700 extra buurtsportcoaches in Nederland, de onbelaste vrijwilligersvergoeding omhoog gaat van €1500 naar €1700 euro per jaar, €87 miljoen aan subsidie beschikbaar komt voor sportverenigingen die investeren in accommodaties, er een nieuwe ‘code goed sportbestuur’ komt en speciale beweegprogramma’s voor kinderen onder de 6 jaar worden ontwikkeld. Het komt neer op een jaarlijkse overheidsinvestering van ruim 400 miljoen euro, waarbij ook alle betrokken partijen hun financiële verantwoordelijkheid nemen.
Vijf deelakkoorden
En dit is slechts een greep uit het akkoord dat de minister sloot met onder meer gemeenten, maatschappelijke organisaties en bedrijven. Het is bovendien de eerste keer dat zoveel partijen samen sportief Nederland proberen te verenigingen. Iedereen dient nu en in de toekomst zonder belemmeringen in een veilige en gezonde omgeving plezier in sport te kunnen hebben, daar gaan de partijen de komende jaren mee aan de slag. Om dat mogelijk te maken investeert de overheid jaarlijks ruim 400 miljoen euro. Ook alle bij het sportakkoord betrokken partijen betalen mee om de ambities te realiseren.
Het nationaal sportakkoord is opgebouwd uit vijf deelakkoorden:
- Inclusief sport en bewegen
Iedere Nederlander moet een leven lang kunnen sporten en bewegen, belemmeringen worden daarom weggenomen. Er komen meer buurtsportcoaches die sporters bij kunnen staan.
- Van jongs af aan vaardig in bewegen
Spelen en bewegen is minder vanzelfsprekend geworden in het dagelijks leven van kinderen. De motorische vaardigheden van kinderen worden daarom verbeterd. Beweegprogramma’s voor kinderen onder de zes jaar dragen daar aan bij.
- Duurzame Sportinfrastructuur
We willen in Nederland kunnen beschikken over een goed werkende en duurzame sportinfrastructuur. Daarvoor komt er een subsidieregeling voor verenigingen.
- Vitale aanbieders
We willen aanbieders van sport en bewegen toekomstbestendig maken. Verenigingen krijgen ondersteuning bij het opzetten van hun integriteitbeleid, zodat sport leuk en veilig is en blijft op en om de sportvelden.
- Positieve Sportcultuur
Sporten moet leuk zijn, veilig, eerlijk en zorgeloos. Daar zorgen we met elkaar voor. Om het vrijwilligerswerk aantrekkelijker te maken in de sport, gaat de onbelaste vrijwilligersvergoeding omhoog van 1500 naar 1700 euro.
Hoe verder?
Het sportakkoord is een startpunt, een basis waarop alle betrokken partijen verder kunnen bouwen. Het kan iedereen helpen om alle Nederlanders plezier in sporten en bewegen te laten ervaren. Het moet dus ook nadrukkelijk de Nederlandse sportclubs inspireren en handvatten bieden om hun rol in de grote doel zo goed mogelijk te vervullen. Wil je met jouw club direct aan de slag of zoek je concrete ideeën die je verder kunnen helpen? Bezoek de speciale pagina over het Sportakkoord op Allesoversport.nl.